Functie

Wat doet een ombudsman in het onderwijs?[1]

De ombudsman behandelt en beoordeelt als bovenpartijdige derde, klachten van studenten en/of medewerkers over een onbehoorlijke gedraging en onjuiste of onbillijke behandeling door een medewerker of bestuursorgaan en verricht daartoe onafhankelijk, zelfstandig en onpartijdig onderzoek. De ombudsman biedt als onpartijdige derde advies over mogelijkheden en rechten en plichten in rechtspositionele situaties en bemiddelt vanuit een onafhankelijke positie. Meldt structurele misstanden en knelpunten binnen de organisatie aan het betrokken bestuursorgaan en/of aan het College van Bestuur. Stelt na klachtonderzoek een rapport op, waarin hij zijn bevindingen en oordeel weergeeft. In het rapport kan hij een of meer aanbevelingen doen. Daardoor kan de oorzaak van de klacht worden weggenomen, hersteld of gerepareerd. De ombudsman draagt op deze wijze bij aan een goed studie/werkklimaat.
De ombudsman is bij de vervulling van zijn taak niet ondergeschikt aan enig orgaan.
Hij is bevoegd binnen de instelling inlichtingen op te vragen, deskundigen in te schakelen en ter plekke een situatie te gaan onderzoeken en een uitspraak over de klacht te doen.

De ombudsman gebruikt technieken uit de rechtspraak zoals hoor-wederhoor bij het behandelen van een klacht. Daarnaast gebruikt hij vaardigheden uit de psychologie in zijn contacten en bij het gebruik van ombudsbemiddeling. Hij zal echter ook kennis van organisatiewetenschappen inzetten om een klacht te behandelen. Die laatste is van belang om een complexe organisatie als een onderwijsinstelling en haar processen en sociale verbanden te kunnen doorgronden om enerzijds de klacht te kunnen begrijpen en anderzijds om een realistische oplossing te kunnen bereiken.


[1] Doo